Water & Vuur

Zondag 24 april 2016, 15u00. Samen met twee klasgenoten, Ineke Guldemont en Charlotte Ramakers zat ik vol spanning af te wachten in een zaaltje in OPEK te Leuven. Het Nieuwstedelijk brengt ons ‘Water & Vuur’, twee theaterstukken dat samen werden gebracht. De stukken vormen een eenheid door twee hallucinante, verschrikkelijke en waargebeurde rampen waarbij telkens een veel te hoog aantal kinderen uit het leven werden gerukt, met elkaar te verbinden. In deze theaterbespreking zal ik Water en Vuur apart bespreken.

collage-2016-05-23

Vuur

Ik start deze analyse met het luik Vuur. Dit was ook het eerste dat werd gespeeld in het stuk.

Op 23 januari 1974 staat de slaapzaal van het jongenscollege in Berkenbos in vuur en vlam. 23 jongens konden niet ontsnappen aan de vlammenzee die op hen afkwam. Vuur verwijst naar deze gebeurtenis, de gebeurtenis dat wordt besproken in het eerste deel van de tweeluik Water & Vuur.

klein_19740123_Collegebrand-maakt-23-slachtoffertjes-in-Heusden-Zolder

Om een voorstelling te kunnen brengen heb je natuurlijk heel wat mensen nodig. De volgende mensen hebben zeker hun bijdrage geleverd om het spel vorm en beeld te geven:

  • regie/tekst: Christophe Aussems
  • spel: Jonas Van Thielen
  • live muziek: Bert Hornikx & Myrthe Luyten

Het stuk werd voor het eerst opgevoerd in 2015 op locatie in Berkenbos. De eerste speelreeksen waren telkens uitverkocht, het kon dan ook niet anders zijn dat dit stuk werd herboren. Een jaar later was het al zover, in samenwerking met Water.

Voor het stuk

Alvorens de zaal binnen te gaan kreeg elke bezoeker een dun boekje met informatie over beide stukken. In de informatiebundel heb ik de achtergrond van beide stukken gelezen? Dit heeft ervoor gezorgd dat ik meteen kon volgen wanneer het stuk begon.

Voor het stuk van start gaat, kijk je goed rond in de zaal. Hoe groot is de zaal? Wat is er al te zien qua decor? Het was een kleine zaal, maar goed gevuld. Het podium was eveneens niet groot, juist geschikt voor het stuk. Er was geen doek aanwezig waardoor we de acteurs al konden zien. Drie mensen stonden reeds klaar. Een man die centraal stond, een vrouw achter haar gitaar en een man achter zijn elektrische piano. Het decor was vrij eenvoudig, maar liet niets aan zijn verbeelding over. Naast de instrumenten was er ook een stalen bed aanwezig, enkele stoelen en foto’s. De twee muzikanten hadden hun dagelijkse kledij aan terwijl de man in het midden een lederen broek droeg, die hij ophield door middel van bretellen.

De ramp heeft plaatsgevonden in het jaar 1974. Het stalen ziekenhuisbed dat deel uit maakt van het decor is te plaatsen in die tijdsperiode. De rest van het decor is eenvoudig en kan gezien worden als modern of ‘van uit de oude tijd’.

Door de afwezigheid van het doek krijgt de kijker het gevoel deel uit te maken van het toneel. Het toneel is naar ons persoonlijk gericht. Ik voelde me heel hard aangetrokken tot het luisteren naar het stuk omdat je er meteen wordt bij betrokken.

Decor, kostuums en rekwisieten

Het decor blijft onveranderd gedurende het hele stuk. De setting, tijd en plaats veranderen door de stem en inhoud van het monoloog. In het eerste deel van het stuk neemt Jonas het personage als brandweerman op zich. Bij het begin van het stuk heeft hij reeds een lederen broek aan. Hij vervolledigt zijn kostuum door een brandweerjas, helm en zuurstoffles aan te trekken. De ernst van de feiten wordt meteen op de neus gedrukt van de kijker. Een brandweerman dat aan het woord is, dat wekt emoties op. Het bed dient als denkbeeldig brancard waar hij de gewonden op ziet liggen. Het dient als graf van de vele kinderlijkjes.

1524P

In het tweede deel verdwijnt de brandweermanoutfit  en neemt hij het standpunt in van een moeder van één van de overleden jongens. Als kijker is de verandering qua standpunt zeer duidelijk omwille van de wissel in kledij. Hij trekt een hemd en spijkerbroek aan en neemt een rustige houding in. Het bed dient niet langer als brancard, maar als tafeltje voor de koekjes en koffie. Want zij gaat het verhaal vertellen van haar zoon. Jonas kruipt in de huid van een vrouw dat zoveel jaar geleden haar kind is verloren. Niet alleen deze vrouw komt aan het woord, maar ook andere familieleden en vrienden praten over het ongeval. Het is wonderbaarlijk om te zien hoe goed deze acteur een vrouw kan nadoen. Hij praat met een hoge krakende stem, grappig zou je bijna denken. Dan denk je aan de ernstige feiten en raakt die stem je tot in het diepste van jezelf.

In het derde deel kruipt de acteur opnieuw in de huid van een andere persoon: één van de weinige overlevenden. De acteur wisselt niet van kledij, maar wel opnieuw van stemgeluid. De hoge stem is verdwenen en maakt plaats voor een volwassen mannen stem. Hij doet wel nog iets extra. Hij smeert witte zalf op zijn armen. Hiermee wil hij aantonen dat de gebeurtenissen van die dag nog steeds in hem rondspoken en voor altijd brandwonden zullen achterlaten. Net zoals in het vorige deel gaat het om een interview waarbij de acteur de geïnterviewde speelt. Dit is zeer mooi om te zien, een verrijkende blik op de interviews.

Ik kan hieruit vaststellen dat de acteur er op een eenvoudige manier in slaagt om verschillende personages op zich te nemen en de gebeurtenissen op een bijzondere manier weer te geven. Aan de hand van weinig middelen worden er mooie overgangen gemaakt tussen de verschillende personen.

Belichting

De belichting neemt hier geen belangrijke in. Er wordt steeds gewerkt met een somber, wit licht. Dit had voor mij een betekenis. Ik zag het licht als een teken van hoop. Gedurende het hele stuk wordt de ernst van de gebeurtenis benadrukt, het is een zeer zware thematiek. Ik meende in het licht een sprankje hoop terug te vinden.

Podium

Er is geen podium aanwezig. De acteur en de muzikanten spelen gelijkvloers. Voor het publiek is een tribune voorzien. De scheiding tussen spel en werkelijkheid is dus zeer klein. Zoals ik reeds zei bij het doek heeft ook dit element een verbindende betekenis.

Speelstijl

Dit toneelstuk sluit aan bij een naturalistische speelstijl. Aan de hand van moderne muziek wordt er op een zeer natuurlijke manier verteld. De muziek wordt steeds aangepast aan de gemoedstoestand van het personage. Op subtiele manieren worden de gevoelens van de kijker bij het stuk betrokken: kleine aanpassingen in muziek, rekwisieten, stem en kledij. Ik heb op een gegeven moment een vrouw in het publiek zien huilen, zoveel emoties dat dit stuk opwekt.

3505379

Spelers en publiek

De speler richt continu zijn aandacht naar het publiek toe, ik kan zelfs zeggen dat hij bijna nooit zijn gezicht van het publiek afwendt. Dit is nogmaals een element waarbij de kijker zeer nauw bij het verhaal wordt betrokken. De interactie tussen speler en publiek is miniem, maar dat is ook helemaal niet nodig. De manier van vertellen maakt dat de kijker een luisterend oor vormt voor de mensen die hun verhaal kwijt willen. Je neemt als het ware een psychologische rol in.

Bij het derde deel van het stuk komt een merkwaardig verschijnsel naar voren. De speler neemt de rol in van één van de weinige overlevenden en vertelt zijn verhaal in een interview. De vragen van dit interview worden niet luidop gesteld, maar de maat van de vraag wordt voorgesteld door eenvoudige drumslagen. Dit vond ik zeer goed. De kijker met het luisterend oor krijgt nu het gevoel een interviewer te zijn. De drumslagen en antwoorden maken dat je de vragen kent. Dit was een uniek verschijnsel, dat zeker zijn meerwaarde aan het stuk heeft gebracht.

Inhoud

Het stuk geeft weer waar de collegebrand in Berkenbos rond draaide. Wat er precies was gebeurd, wie aanwezig was, wie niet …, maar het is geen letterlijke representatie van de feiten. Het gaat om een verhaal, verbeelding van de gebeurtenis. De makers gebruikten teksten uit authentiek afgenomen interviews, bronnen en getuigenissen.

Genre

Het is een zeer triestig en diepgaand stuk, daarom plaats ik het onder een tragedie. Het stuk heeft een zeer grote betekenis en dit wordt overgebracht op een emotionele manier. In de stem, geluid en kostuums kruipen gevoelens die worden overgebracht aan het publiek. Het stuk is gebaseerd op waargebeurde feiten, maar men mag niet vergeten dat er geen specifieke scènes worden nagespeeld. Zoals ik reeds heb gezegd gaat het om een verhaal rond een waargebeurd drama. Het verhaal wordt aan de kijker verteld.

Betekenis

  • De voorstelling roept duidelijk emoties op:

Gedurende het hele stuk wordt de kijker continu bij het verhaal betrokken. Het opwekken van emoties rond het verhaal is belangrijk voor de makers en dat merk je als kijker ook duidelijk op. Ze zijn er dan ook zeker en vast in geslaagd. In het begin van het verhaal was ik vooral angstig, angstig om de feiten onder ogen te zien. Doorheen het verder verloop van het verhaal voelde ik vooral medelijden, maar ook verdriet, medeleven en afscheid. De makers willen ook een duidelijke boodschap naar voren brengen. Het gaat niet alleen om het opwekken van die emoties door het stuk, maar ook de verwerking ervan.

  • De voorstelling draagt een morele boodschap bij:

Ik heb al eerder gezegd dat dit stuk een psychologische functie heeft.

Iedereen is in zijn leven als een geconfronteerd geweest met verlies. Maar niemand kan je zeggen hoe je hiermee moet omgaan, hoe je al die emoties moet verwerken. Dit stuk geeft je een kijk op hoe drie mensen tegenover de verwerking van verlies staan. Als kijker kan je je hiermee identificeren, elk van ons kan zich vinden in één van de drie personages. We voelen een vorm van opluchting: wij zijn niet de enige die zo omgaan met ons verdriet.  De makers willen je laten inzien dat er verschillende manieren zijn om een dergelijk drama door te staan en dat het oké is om te rouwen om je eigen manier.


Water

Na een halfuurtje pauze, zaten wij weer allemaal aan onze stoelen gekluisterd, klaar voor het tweede luik Water van dit tweeledige toneelstuk.

  • regie: Suze Milius
  • spel: Koen Janssen, Suzanne Grotenhuis & Tine Cartuyvels
  • dramaturgie: Selm Wenselaers & Alexander Schreuder
  • zangcoach: Hans Primusz
  • toneelbeeld: Stefan Jakiela
  • lichtontwerp: Kishan Singh

Het stuk werd voor het eerst opgevoerd in 2013 op locatie in Godsheide, toen onder de naam Boven Water. Vanwege het grote succes en de uitvoering van Vuur zijn de twee stukken samengekomen. Ze zijn afkomstig van hetzelfde: theaterhuis Het nieuwstedelijk.

De titel Water verwijst naar een tweede vreselijke ramp. Echter niet van hetzelfde jaar, noch dezelfde plaats als de collegebrand in Berkenbos. Het gaat namelijk om de vlotramp van Godeheide in 1941.

download (1)

Voor het stuk

Een ander stuk een verandering qua uitzicht. Gedurende de pauze zijn wij niet naar buiten gegaan om een luchtje te scheppen, maar zijn wij blijven kijken naar de opbouw van het decor. We moesten het stilhouden want de acteurs wouden zich voorbereiden. Zij moesten zich in hun rol kunnen vinden en identificeren met hun personage. Dit was fascinerend om te zien.

13275496_10209755968441019_262792515_o

Mijn eerste indruk daarentegen was minder positief dan bij Vuur. Misschien had het vorige stuk me zo diep geraakt dat er nu geen plaats meer was voor inleving in een volgend stuk. Of ik had genoeg dramatiek voor één namiddag ervaren? Ik was alleszins niet klaar voor nog eens twee uur diepe emotionele monologen. Ik was dan ook opgelucht toen ik drie personages op het toneel zag verschijnen. Echter had ik te vroeg gejuicht.

Decor, kostuums en rekwisieten

Het decor had een andere opstelling gekregen dan bij Vuur. Er was wederom geen doek waardoor het publiek terug in nauw verbonden was met het stuk. Het decor bestond uit kartonnen muren, met een scherm in het midden. Dit zorgde voor mooie schaduweffecten wanneer iemand erachter liep. Er hing aan de rechterkant een hoge schommel, waar de eerste actrice haar had opgesteld bij het begin van het stuk. Er stond ook een houten bak aan de linkerkant van de scène.  Het decor stelde voor mij een kamer voor waarin de personages gingen nadenken over het ongeval. Een plaats niet op aarde, maar ook niet in het hiernamaals. Een soort van tussenfase, waarin men reflecteert over het gebeuren en beslist of men wil blijven leven of loslaat en de stroming van het water hen naar ‘een andere plek’ brengt. Dit wil logischerwijs zeggen dat het decor een eigen interpretatie toelaat. Het geeft enerzijds een weergave van de tragedie door de beschrijvingen en getuigenissen en anderzijds biedt het ruimte voor eigen invulling. Dit maakte dat het voor mij soms moeilijk was om het stuk te kunnen volgen. De passages verliepen zeer chaotisch en uitbundig waardoor sterke emoties werden vertoond, maar de rode draad van het stuk een beetje verloren ging.

Een eerste actrice was reeds op het toneel toen het stuk van start ging. Ze droeg een groen kleedje, wat haar deed lijken op een jong meisje, wat ze ook moest voorstellen. Nadien verscheen er nog een speelster, zij droeg een rode bloes en blauwe rok. Beide stelde jonge, bange meisjes voor die op het vlot zaten wanneer die kapseisde. Nadien verschijnt er nog een derde personage: een man. Hij stelt een jongen voor die net niet meer bij op het vlot kon en het ongeluk dus had overleeft. Hij draagt een geel hemd, gele vest en blauwe broek. Wat me meteen opviel waren de felle kleuren van de kostuums. De speelsheid en kindsheid van de personages wordt zeer sterk naar voren gebracht door hun opvallende kledij.

images

Enkele keren verschijnen er voorwerpen op het toneel. Door de verschillende dialogen tussen de drie personages die aan het spelen zijn met elkaar halen zij speelgoed boven. Zo komt een hobbelpaardje, speelgoedauto, krijtjes, prentjes, stokjes, veren, een kruis … op het toneel.

Water img-0354

Belichting

De belichting neemt hier geen belangrijke in. Er wordt steeds gewerkt met een somber, wit licht. Echter werd er af en toe nadrukkelijk op één personage geschenen wanneer die aan het woord was. Voornamelijk had het licht geen specifiekere functie dat die.

Podium

Er is geen podium aanwezig, net zoals in het eerste luik. De acteurs spelen gelijkvloers. Voor het publiek is een tribune voorzien. De scheiding tussen spel en werkelijkheid is dus zeer klein. Zoals ik reeds zei bij het doek heeft ook dit element een verbindende betekenis.

Speelstijl

In het eerste luik vond een monoloog plaats, waarin de acteur van personage wisselde door een andere stem te gebruiken en andere kledij aan te trekken. In dit luik gaat men toch wel op een heel nadere manier aan de slag. Er wordt veel meer uitgebeeld, grote gebaren, felle reacties, uitroepen en overvloedige stemwisselingen komen doorheen het hele stuk voor. De acteurs zingen op een gegeven moment ook samen een lied. Wat voor een dramatische sfeer zorgt. Dit brengt mij bij de melodramatische speelstijl.

Spelers en publiek

Er wordt geregeld voor interactie met het publiek gezorgd, door naar het publiek te kijken. Echter richten de spelers zich vaker tot elkaar. Ze gaan met elkaar in conversatie, voeren discussie of praten allemaal tot zichzelf. Dit maakt dat tegenover het vorige luik er interactie is tussen de spelers zelf en tussen de spelers en het publiek.

Water img-0051

Inhoud

Het stuk geeft weer waar de vlotramp in Godsheide rond draaide. Wat er precies was gebeurd, wie aanwezig was, wie niet …, maar het is geen letterlijke representatie van de feiten. Het gaat om een verhaal, verbeelding van de gebeurtenis. De makers gebruikten teksten uit authentiek afgenomen interviews, bronnen en getuigenissen.

Genre

Het is een zeer triestig en diepgaand stuk, daarom plaats ik het onder een tragedie, net zoals het eerste luik. Het stuk heeft een zeer grote betekenis en dit wordt overgebracht op een emotionele manier. In de stem, geluid en kostuums kruipen gevoelens die worden overgebracht aan het publiek. Het stuk is gebaseerd op waargebeurde feiten, maar er wordt een verhaal verteld. Echter kunnen we in dit luik stellen dat er al veel meer wordt gespeeld dan bij Vuur. De personages spelen geen bepaalde scènes na, maar representeren hun gevoelens in hun gedragingen, interacties met elkaar en met het publiek.

Betekenis

De betekenis die schuilt achter dit stuk kan ik vergelijken met Vuur. Ik heb dan ook dezelfde insteek geplaatst in verband met betekenis.

  • De voorstelling roept duidelijk emoties op:

Gedurende het hele stuk wordt de kijker continu bi het verhaal betrokken. Het opwekken van emoties rond het verhaal is belangrijk voor de makers en dat merk je als kijker ook duidelijk op. Ze zijn er dan ook zeker en vast in geslaagd. In het begin van het verhaal was ik vooral angstig, angstig om de feiten onder ogen te zien. Doorheen het verder verloop van het verhaal voelde ik vooral medelijden, maar ook verdriet, medeleven en afscheid. De makers willen ook een duidelijke boodschap naar voren brengen. Het gaat niet alleen om het opwekken van die emoties door het stuk, maar ook de verwerking ervan.

  • De voorstelling draagt een morele boodschap bij:

Dit stuk heeft eveneens een psychologische functie.

Iedereen is in zijn leven als een geconfronteerd geweest met verlies. Maar niemand kan je zeggen hoe je hiermee moet omgaan, hoe je al die emoties moet verwerken. Dit stuk geeft je een kijk op hoe drie mensen tegenover de verwerking van verlies staan. Als kijker kan je je hiermee identificeren, elk van ons kan zich vinden in één van de drie personages. We voelen een vorm van opluchting: wij zijn niet de enige die zo omgaan met ons verdriet.  De makers willen je laten inzien dat er verschillende manieren zijn om een dergelijk drama door te staan en dat het oké is om te rouwen om je eigen manier.


Ondanks dat het stuk in totaal vier uur heeft geduurd, heb ik een verrijkende namiddag beleefd. Het stuk heeft me laten nadenken over andermans en mijn eigen gevoelens. Persoonlijk verkies ik Vuur boven Water. Ik kon me meer vinden in het monoloog en de gedachtegangen van dit luik dan in de melodramatische speelstijl van Water.


Bronnen: